Is een vaststellingsovereenkomst geldig zonder handtekening?
Op 24 oktober 2025 heeft de kantonrechter te Rotterdam beslist over het volgende.
De zaak in het kort
De zaak gaat om de nakoming van een vaststellingsovereenkomst (ook wel beëindigingsovereenkomst genoemd). Werknemer en werkgever zijn een vaststellingsovereenkomst overeengekomen, nadat werknemer op 28 oktober 2024 op staande voet was ontslagen.
Zoals in de praktijk wel vaker gebeurt, zijn partijen na het ontslag op staande voet in overleg getreden over een minnelijke oplossing. In deze zaak waren partijen (onder andere) overeengekomen dat werkgever aan werknemer € 2.970 bruto aan achterstallig loon en € 712,80 bruto aan vakantietoeslag zou betalen. Zodoende kon een gang naar de kantonrechter over de rechtmatigheid van het ontslag worden voorkomen. Dat scheelt zowel werkgever als werknemer kosten voor het voeren van een gerechtelijke procedure.
Overeenstemming?
Als partijen samen tot een oplossing komen, wordt dat doorgaans vastgelegd in een vaststellingsovereenkomst. De wet vereist dat een beëindigingsovereenkomst schriftelijk wordt vastgelegd. Verder gelden er op basis van de wet geen vereisten: partijen mogen in principe alles overeenkomen.
De advocaat van werknemer heeft aan de advocaat van werkgever een vaststellingsovereenkomst gestuurd. Dat gebeurde nadat de advocaat van werkgever een e-mail had gestuurd waarin stond: ‘Cliënte is akkoord. Graag ontvangen wij de VSO ter ondertekening.’ De VSO die vervolgens door de advocaat van werknemer is verstuurd, heeft werkgever nooit ondertekend. Ook heeft werkgever de per e-mail overeengekomen bedragen nooit aan werknemer betaald.
Wat oordeelde de rechter?
De werknemer wendde zich tot de rechter om nakoming van de beëindigingsovereenkomst te vorderen. Hij vorderde het achterstallige salaris, de vakantietoeslag en een bedrag voor de wettelijke verhoging vanwege het te laat betalen van het salaris. De kantonrechter oordeelt dat door de e-mail van de advocaat van werkgever een schriftelijke overeenstemming tot stand is gekomen. Werkgever heeft daarom ten onrechte het achterstallige salaris en de vakantietoeslag niet betaald. De kantonrechter oordeelt ook dat werkgever de wettelijke verhoging van 50% verschuldigd is, omdat werkgever tien maanden lang het achterstallige salaris niet heeft betaald.
Voor VSO is geen handtekening vereist
Deze uitspraak laat zien dat ook zonder handtekening een vaststellingsovereenkomst tot stand kan komen, zolang er maar een schriftelijke overeenkomst is. Dit is niet alleen van belang voor de nakoming van de overeenkomst, maar bijvoorbeeld ook voor het moment dat de wettelijke bedenktermijn van 14 dagen voor de werknemer begint te lopen. Uit vaste rechtspraak volgt dat de bedenktermijn begint te lopen vanaf het moment dat er schriftelijk akkoord is per e-mail, dus niet vanaf het moment van ondertekening van de overeenkomst. Dit kan grote gevolgen hebben.
Wilt u een werknemer (op staande voet) ontslaan of een VSO aanbieden? Of bent u werknemer en heeft u een VSO ontvangen? Lees hier meer of neem contact op met een van onze arbeidsrecht advocaten voor advies.
Uitspraak: Rechtbank Rotterdam, 24 oktober 2025, ECLI:NL:RBROT:2025:12529